Martin Vandeweyngaert is een anti-held, een schlemiel, een loser, klein boekhoudertje met een proefcontract bij een vakbond. Op een avond zit hij in de laatste trein naar zijn geboortedorpje en is getuige, de enige, van een brute doodslag door een drietal zo te zien allochtone jongens. Hij durft geen aangifte te doen uit angst voor wraak, maar heeft hier toch geen vrede mee. Hij probeert uit te zoeken wie de jongelui zijn en waar zij wonen. Hij begaat blunder op blunder en ziet dan dat werkelijk alles zich tegen hem keert. Het geheel is knap en levensecht geschreven, de knellende vraag: aangifte doen?, brengt de lezer meteen middenin het verhaal. De auteur laat de spanning hoog oplopen met goede pageturners aan het slot van elk kort hoofdstuk. Elke keer, als de hoofdpersoon een oplossing denkt te hebben gevonden, blijkt dit hem alleen maar nog meer schade te berokkenen. Er gaat werkelijk niets goed. Of dit zich aan het slot van het boek ten goede keert, zal de lezer zelf moeten ondervinden. Een knap geschreven thriller: spannend, met een goede afronding van de plot en heel goed inleefbaar. Het thema van de anti-held zal de lezer sterk aanspreken. De auteur schreef al twee thrillers die goed ontvangen zijn. Kleine druk.